Zomeravond concerten in het Concertgebouw
Op een behoorlijk regenachtige zondag, iets wat je natuurlijk niet van te voren weet net zomin als ik had gekeken of er misschien wel belangrijke sportwedstrijden waren dat weekend. Max, Zandvoort en zo meer. Oké ik geef toe als rechtgeaard F1 liefhebber heb ik natuurlijk voor de buis gezeten en Max door weer en wind zien gloriëren. En ik weet bijna wel zeker dat de 2 pianisten die ik die avond zou bewonderen ook voor de buis zaten, maar dat terzijde.
Max was klaar en ik ook. Op de fiets naar het station en dan de trein naar Amsterdam Centraal. Ja was dat maar zo makkelijk. Al snel bleek dat de trein niet verder ging dan Haarlem en dat daar overgestapt moest worden. maar ik was niet de enige. Zandvoort liep natuurlijk al leeg en daarmee de treinen dus overvol.
Ik kon nog wel een plaatsje bemachtigen, uiteraard staan, in de tweede trein die vertrok en daarmee was ik toch nog wel op tijd in Amsterdam. Snel een kaassoufflé eten en dan de tram in, Ik ben te lang uit Amsterdam weg (10 jaar) om de juiste tram routes nog te kennen en stap dus in de verkeerde tram. Nou ja verkeerd, ik kwam er juist op tijd achter om nog zo uit te stappen dat ik alleen het museumplein over kon lopen en dan voor het Concertgebouw stond. De tijd was geen vriend en ik moest mij echt haasten om nog op tijd binnen te komen. Dat lukte en toen ik op mijn stoel wilde plaatsnemen was deze bezet. Maar ik had toch echt rij 14 plaats 40, de mevrouw die er zat kijk mij argwanend aan maar besloot toch op haar plaats aan de zijkant te gaan zitten, inderdaad een onmogelijke plek om iets te zien maar je kon het er wel goed horen. Het Radio Filharmonisch orkest nam langzaam plaats en hier en daar werd er nog wat gestemd. De dirigente nam de baton aan van de eerste violiste en begon. Een zeer extraverte dame met woeste bewegingen genaamd Dalia Stasevska van Fins Oekraïense origine. Zij bracht ons geroutineerd door Felix Mendelssohn zijn Sommernachtstraum heen.
Daarna was de beurt aan de rocksterren van de klassieke muziek, de posterboys van het pianospel zou Philip Freriks kunnen zeggen. Lucas en Arthur Jussen. Zij zagen er adembenemend uit, geheel in het zwart en met een witte colbert. (Een tenue dat misschien wel cruise-waardig is) Ook zij deden Felix eer aan met zijn dubbelconcert in E dat nu precies 200 jaar oud is (1823). Fabelachtig vlogen de vingers over het klavier, de liefde en het plezier spoot er werkelijk af en het duurde veel te kort. Vier maal werden de broers teruggeroepen en vele staande ovaties volgden. en toen was het pauze. Duizelig van het gehoorde, geziene en genoten spel moest ik even bijkomen. De mannen mochten naar huis en wij werden nog even op Dvorák getrakteerd. Mocht u, lieve lezer, ooit in de gelegenheid zijn om een concert te bezoeken waar deze virtuozen spelen niet over nadenken gewoon doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten